Als mensen het warm hebben gaan ze zweten, maar vogels hebben niet eens zweetklieren. Daarom gebruiken zij hun snavel om af te koelen. De struisvogel (Struthio camelus), die leeft in Afrika bij temperaturen van 40 graden Celcius, begint op het heetst van de dag begint spontaan te hijgen, wat de luchtstroom door zijn mondholte vergroot.
Het vocht in de mondholte verdampt wat hetzelfde verkoelende effect heeft als zweten. Het ‘koelhijgen’ van de struisvogel gaat tien keer zo snel als de normale ademhaling en heeft niets te maken met buiten-adem-zijn na inspanning.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten